Je bent hier: Hoofdpagina Technieken Fotograferen van stersporen


Stersporen in het westen, gefotografeerd met een 20mm groothoeklens.

Introductie

Omdat de aarde rond zijn as draait, staan de sterren niet op een vaste plaats aan de hemel maar lijken allemaal ongeveer westwaarts te bewegen. Om de sporen die de sterren zo maken te fotograferen heb je alleen maar een camera nodig die met de aarde meebeweegt, dus gewoon op statief op de grond staat, waarbij je een lange tijdopname maakt. Zulke foto's van stersporen kunnen zeer fraai zijn.

De sterren draaien rond zowel de noordpool als de zuidpool aan de hemel, waarvan je er meestal maar één ziet (alleen op de evenaar kun je beide polen zien). Sterren bij één van de polen lijken vrijwel stil te staan, terwijl sterren dichter bij de hemelequator sneller bewegen. Alle sterren bewegen ongeveer 15o per uur in rechte klimming (niet in declinatie).

Foto's van stersporen zien er vrijwel altijd interessant uit, als je ze correct maakt. Het grootste probleem dat je hebt met zulke opnamen is dat de opname zeer lang kan duren, bijvoorbeeld enkele uren. Als je niet vanuit je tuin of iets dergelijks kunt fotograferen en je hebt in de tussentijd niets te doen, kan dat vervelend worden. Je kunt stersporenfoto's goed combineren met bijvoorbeeld een astronomiesessie.

Benodigdheden

Je hebt een camera nodig die tijdopnamen kan maken, bij voorkeur zonder gebruik van de batterij. De tijdopname-mode is meestal aangeduid met 'B'. Tevens heb je een statief en draadontspanner nodig, welke vergrendeld kan worden. Gebruik bij voorkeur een spiegelreflexcamera.

Een stersporenfoto heeft een belichtingstijd van tenminste verscheidene minuten nodig, liefst zelfs enkele uren. Het is dus raadzaam een camera te gebruiken waarvan de batterijen niet gebruikt worden om de sluiter bij B-tijdopnamen open te houden. Een oudere handmatige spiegelreflexcamera is ideaal om te gebruiken.

Het hangt af van het soort compositie dat je wilt hebben, welke lens het meest geschikt is. Als je bijvoorbeeld in Nederland zowel de horizon als de poolster in beeld wilt hebben, zul je een groothoeklens moeten gebruiken en waarschijnlijk de opname verticaal maken. Groothoeklenzen zijn in het algemeen bij stersporenfotografie aan te raden, omdat de richting van de sporen dan wat meer van elkaar verschillen. Telelenzen hebben weer het voordeel dat de opname niet lang hoeft te duren om toch relatief lange stersporen te fotograferen.

Gebruik om te beginnen een 28mm groothoeklens en richt deze naar het oosten of westen, met de horizon daarbij in beeld. Als de horizon lelijk is, zoek dan een boom of iets dergelijks op en gebruik een 50mm standaardlens, daarbij richtend op de Poolster.

Het statief moet stevig genoeg zijn om totaal niet te bewegen in de wind, anders zijn de stersporen op de foto later niet mooi.

Stersporen rond de noordpool.

Belichtingstijd, diafragma en film

Experimenteer met verschillende belichtingstijden om te zien hoe lang de stersporen het beste bij de compositie passen. Korte sporen laten de sterrenbeelden nog enigszins zien, en langere sporen kunnen de foto artistieker maken. Ikzelf maak soms foto's die meer dan 3 uur duren met een groothoeklens, bijvoorbeeld 20 of 24 mm. Ik richt daarbij op het westen of oosten.

Houd rekening met de reciprociteitsfout van film. Elke film is hier gevoelig voor, sommige meer dan andere. Als je ver van steden fotografeert en de lucht is zeer donker, kan de film zelfs helemaal het achtergrondlicht niet meer registreren; het lichtniveau ligt dan beneden de drempelwaarde nodig om de film te belichten. Alleen de sterren belichten dan de film en geven de sporen.

Je kunt hier je voordeel mee doen. Als je bijvoorbeeld een belichting van 3 uur lang bij f/4 gebruikt met 100 ISO diafilm, zal de film niet meer belicht worden dan indien de film voor slechts 30 minuten werd belicht! Dit alleen als de hemelachtergrond zeer donker is; dit zal in Nederland vrijwel nergens het geval zijn. Dus tenzij er veel achtergrondlicht is kun je met een vrij ongevoelige 100 ISO film diafragma's van f/4 of f/5.6 gebruiken. Gebruik de lens niet bij het maximale diafragma omdat dit lensfouten zoals coma duidelijker laat zien.

Opmerkingen

Als je een lichtsterke lens (groot diafragma) en/of gevoelige film gebruikt heb je meer last van satellieten of vliegtuigen die door je beeld vliegen en zichtbaar op de foto komen, als lichtsporen. Bij 100 ISO film en f/5.6 zullen de meeste satellieten en vliegtuigen niet of vrijwel niet op de foto te zien zijn, tenzij ze dichtbij zijn.

Als je aan ziet komen dat een vliegtuig of satelliet door het beeldveld gaat vliegen heb je drie keuzes: de camera gewoon open laten staan en hopen dat het vliegtuig of de satelliet niet op de foto te zien is; de opname afbreken en opnieuw beginnen, of een zwart stuk karton o.i.d. voor de lens houden gedurende de tijd dat het vliegtuig of de satelliet in het beeld is. Maar als je dit laatste doet zullen de stersporen onderbroken worden.

Deze opname werd begonnen bij een groot diafragma (f/2.8), dat na een paar seconden voorzichtig naar f/16 versteld werd, om de sporen met sterren aan het begin vast te leggen.

Variaties

Als je genoeg hebt van stersporen fotograferen kun je wat variaties proberen:

  • Kies andere compositie: bomen, spiegelende wateroppervlakken, flatgebouwen en dergelijke.

  • Bij het begin van een opname hou je het diafragma wijd open (op f/2.8 of f/2 ofzo) voor ongeveer een minuut. Daarna heel voorzichtig zonder de camera te bewegen de diafragmaring iets verstellen naar f/5.6 of iets dergelijks - het diafragma om de stersporen goed te fotograferen. Dit kun je niet met elke camera doen, alleen de handmatige camera's waarbij je het diafragma op de lens zelf kunt verstellen. Dit heeft als effect dat alle sterren als heldere punten aan het begin van alle sporen te zien zijn.

  • Probeer de techniek hierboven, maar houd na het verstellen van het diafragma voor ongeveer 15 seconden een stuk zwart karton voor de lens. De sterren staan dan los van de stersporen.

  • Maak onderbroken stersporen door af en toe een stuk zwart karton voor de lens te houden. Dit zal een boel geduld vergen!

  • Gebruik een zaklantaarn en wat gekleurde filters om de voorgrond met een bepaalde kleur te belichten.